De gemeten waarden van de radioactieve stof Jodium-131 in de atmosfeer boven de Europese Unie enkele weken geleden maakte duidelijk hoe kwetsbaar Europa is voor rampen waar zogenoemde chemische, biologische, radiologische of nucleaire (CBRN) materialen bij betrokken zijn.

Begin november publiceerde het Internationale Atoomenergie Agentschap (IAEA) een opmerkelijk bericht. In de atmosfeer boven verschillende EU-lidstaten (Tsjechië, Hongarije, Slowakije, Oostenrijk, Duitsland en Zweden) was de aanwezigheid van de radioactieve stof Jodium-131 geconstateerd. Een week na deze mededeling verklaarde de IAEA dat de bron van de radioactieve straling zich “hoogstwaarschijnlijk” in Hongarije bevond. Door een lek in het Institute of Isotopes in Boedapest, zou de J-131 zijn ontsnapt. In een interview metAssociated Press (AP) geeft de directeur toe dat er een lek is ontstaan in de faciliteiten van het Instituut. Echter, hij acht het “extreem onwaarschijnlijk” dat het lek de bron van de gemeten radioactiviteit is. Vooralsnog is het onderzoek naar de exacte bron van de radiologische straling nog steeds gaande.

LEES ALLE ARTIKELEN GRATIS

Onafhankelijke journalistiek is essentieel om een snel veranderende wereld te kunnen begrijpen. Daarom is een platform van nieuwe makers belangrijk. Vind jij dat ook? Steun ons dan door lid te worden of met een financiële bijdrage.

Word gratis lid Investeer in ons

Al ingeschreven voor onze nieuwsbrief en/of in ons geinvesteerd? Vul je e-mailadres is om toegang te krijgen.