“Als je het zwart-wit bekijkt zit 97 procent van de schaatsers straks in de WW”, waarschuwde Sven Kramer. Het commerciële schaatsen bereikte na de afgelopen Olympische Spelen in PyeongChang een dieptepunt. Hoe opdrogende sponsorgelden en onduidelijke regels Nederlandse topschaatsers na de Winterspelen in de kou lieten staan.

Schaatser Simon Schouten staat verbouwereerd met de telefoon in zijn hand. Het is oktober 2018, ruim een halfjaar na de succesvolle Olympische Spelen van PyeongChang, en de contractonderhandelingen met zijn ploeg easyJet gaan stroef. Nu heeft de ploeg de 28-jarige langebaan- en marathonschaatser een ultimatum gegeven: morgen tekenen, of hij kan zijn koffers pakken. De bedragen in het contract zijn veel lager dan hem zijn beloofd. Hij zit klem: hij móet wel tekenen, want de eerste wedstrijden staan voor de deur. Naar andere ploegen verkassen kan niet meer. Schouten is niet de enige die er bekaaid vanaf komt. Voor veel schaatsers is het ieder seizoen weer spannend. De gouden bergen in het schaatsen zijn opgedroogd. Dat was twintig jaar geleden wel anders.

LEES ALLE ARTIKELEN GRATIS

Onafhankelijke journalistiek is essentieel om een snel veranderende wereld te kunnen begrijpen. Daarom is een platform van nieuwe makers belangrijk. Vind jij dat ook? Steun ons dan door lid te worden of met een financiële bijdrage.

Word gratis lid Investeer in ons

Al ingeschreven voor onze nieuwsbrief en/of in ons geinvesteerd? Vul je e-mailadres is om toegang te krijgen.