Tai Chi is een Chinese neijia vechtkunst. De 66-jarige Xu Lan Ying beoefent al meer dan twintig jaar de vechtsport. Elke ochtend geeft ze les in het Zizhuyuan Park, het bamboepark van Peking. Hier wordt een rustgevende variant van de sport uitgeoefend: de Yang-stijl. Xu Lan Ying: “Deze vorm van Tai Chi is erg soft en daarom ook goed voor oudere mensen. Hoe ouder je wordt, hoe meer pijn mensen in hun lichaam krijgen”. Volgens de lerares brengt het deze mensen weer in balans en zorgt het ervoor dat ze zich beter voelen.

Kenmerkend voor Tai Chi zijn de langzame bewegingen die vanuit de buik worden uitgevoerd. De belangrijkste punten tijdens het beoefenen van Tai Chi zijn focus, kracht en balans. “Het is niet heel moeilijk, maar je moet wel goed gefocust blijven. Dat is niet voor alle ouderen vanzelfsprekend”, vertelt de lerares. Xu Lan Ying geniet er van dat ze les geeft aan een erg gevarieerde doelgroep: “Ik geef les aan professionals, maar ook aan beginners. Daarbij zitten niet alleen ouderen, maar ook jonge mensen. Dat is erg leuk. Daarnaast blijf ik op deze manier zelf ook fit en zit ik goed in mijn vel”.

In de lessen van Xu Lan Ying wordt veel aandacht besteed aan zelfverdediging. In de zelfverdediging is balans erg belangrijk, vertelt de Tai Chi lerares. De tegenstander moet worden uitgeschakeld door zijn evenwicht te breken. Maar naast het uitschakelen van tegenstanders, is Tai Chi vooral een teamsport. Zo moeten alle bewegingen synchroon worden uitgevoerd.

Het Zizhuyuan Park wordt elke ochtend overspoeld door tientallen Tai Chi groepen, en daarom heeft elke groep in het park zijn eigen herkenningspunt. De groep van Xu Lan Ying is herkenbaar aan haar rode vlag. Daarnaast gebruikt elke groep ook een andere soort muziek. Hierdoor zijn er door het hele park verschillende muziekstijlen te horen. De rustgevende klanken van de Chinese muziek die de groep van Xu Lan Ying gebruikt, zijn nog ver te horen in het park.